marian boyer |
Ja, nee, misschien of toch niet
|
Ik ging naar de boekwinkel in mijn buurt, daar was ik al een tijd niet geweest en nu was het tijd, voor een optreden had ik een boekenbon gekregen. Het was een nieuw soort boekenbon, een plastic kaartje met het formaat van een betaalpas en dat voelde goed. Er stond een bedrag op van 75 euro en dat voelde nog beter, het was alsof ik eindeloos boeken kon kopen, ik voelde me rijk, het was een mooi gebaar van de organisatie die me had gevraagd voor het optreden. Ik las er voor uit mijn boek en er was een interview, het was een goed interview. Dat is wanneer degene die de vragen stelt ruimte geeft en niet aldoor op hetzelfde punt terugkomt, dat meestal het punt is van het autobiografische. Het autobiografische interesseert me weinig, ik probeer er altijd een draai aan te geven, weg van het autobiografische. Dat hoefde dit keer niet, en die betaalpas, die met een bos bloemen kwam, die was ook goed gekozen. Ik kocht drie boeken waar ik al langer zin in had. De man van de boekwinkel schreef het bedrag dat ik nog over had op een kleine sticker en die plakte hij op de kaart. Dat bedrag ga je toch niet onthouden, zei hij, en dat is waar, ik heb een blinde vlek als het om cijfers gaat. Verderop was een winkel met een koffiehoek, daar at ik een stuk taart, met het stapeltje nieuwe boeken naast me. Het was een perfecte dag want die ochtend had ik heel goed nieuws gehoord. Ik at de taart en ik keek naar het groen in de bomen, naar het verse groen, dat het mooiste groen was van de wereld, en ik dacht ‘een perfecte dag’. Ik had het bijna hardop willen zeggen, maar het niet hardop zeggen voelt beter, echter, zeg je het hardop dan is het weg, en ik wilde het zo lang mogelijk vasthouden.
> reageer
© marian boyer de teksten op deze site mogen niet zonder toestemming worden gekopieerd
|